Vanmorgen vroeg inderdaad besloten om Camping Mario in Caldenazzo te gaan verlaten en door te rijden. We hebben op de navigatie gekeken en denken dat de Bodensee een leuke bestemming is voor nog 2 nachten. Het weer lijkt er nog goed te zijn en zodoende kunnen we het zomergevoel nog even verlengen voordat we weer echt huiswaarts gaan en de herfst tegemoet rijden, zoals we moeten geloven via verschillende betrouwbare bronnen.
Via de Navigatie zien we dat we om ongeveer 14.00 uur a 14.30 uur aankomen in Lindau am Bodensee. Lijkt ons een goed reisdoel en we gaan goedgemutst op pad. Eerst nog langs een grote supermarkt om de koelkast en voedselvoorraden weer aan te vullen. Binnen een uurtje waren we gepakt en gezakt weer op weg met alle lekkere dingen waar we van houden.
Toen nog even aftanken om zodoende meteen meters te kunnen maken. We kwamen erachter dat ik niet via self-service aan brandstof kon komen, aangezien de italiaanse banken van dit tankstation geen vreemde bankkaarten accepteerden. Dus door naar de pompbediende die ouderwets je auto afvult met brandstof. De krasse man was inmiddels 80 jaar oud, maar door alle corrupte italiaanse politici en de dure Europa regeling kon hij nog steeds niet met pensioen en moest ie nog steeds aan de pomp staan. Al meer hij aan het praten werd, hoe bozer hij werd. Hij verontschuldigde voor de dure brandstofprijzen en ook zijn kosten die hij in rekening moest brengen. Dat was nog even tanken anno jaren 70 uit de vorige eeuw…..een pompbediende. Hier heel normaal nog!
Het negatieve verhaal van de pompbediende ging de hele dag doorwerken op onze gebeurtenissen. Het zat ons vandaag niet mee. Niets ergs gebeurd, maar het was echt zo’n dag dat alles tegen zat en we ons gingen frustreren over een aantal zaken. Onderweg op de snelweg richting Oostenrijk liep alles nog op letterlijke rolletjes. Niets aan de hand. We volgden de borden Brennerpas en tot aan de Oostenrijkse grens ging alles lekker. Allereerst moesten we onze GO-box voor Oostenrijk weer opladen. Dit digitale boxje is gekoppeld aan jouw auto en je moet deze digitale kluis eerst vullen met saldo om je tol te betalen. Minimaal € 75,00. Dit bedrag waren we alleen al kwijt op de heenreis. Nog geen 200 kilometer gereden door dit land en al € 75,00 kwijt. Wij bij het tankstation, dat kastje opwaarderen voor weer 75 euro. Dit moest volgens ons wel voldoende zijn om Oostenrijk doorkomen. We wilden wegrijden uit de parkeerplaats langs de snelweg, toen we in een rij kwamen te staan met allemaal vrachtwagens. Deze werden gecontroleerd op asielzoekers bij de grens en zodoende stonden we een tijdje stil voordat we weer de snelweg op konden.
Na een 50 tal kilometers te hebben gereden hoorden we ineens 4 piepjes als we een tolpoortje passeerden. Normaal is het 1x piep en dat is het signaal dat de incassering van het geld prima is verlopen. Nu dus 4 piepjes. Wij opzoeken wat dat betekende en het bleek dat er geen geld meer geincasseerd kon worden van onze Go-Box. Je moet je dan melden bij het eerste tankstation om je Go-Box te laten uitlezen en je achterstallige betalingen uit te betalen. Wat bleek; de € 75,00 saldo was na 50 kilometer al op en ik moest nog eens 20,28 bijbetalen en ik moest nog de rest van Oostenrijk door (ca 70 km) en daarboven moest ik nog 130 euro opwaarderen. Reken even met mij mee: Dat is dus een doorrij-retourtje door het groene joedelahitee-Oostenrijk een totaalbedrag van ongeveer € 250,00 aan tol!! Wat betaal je dan als je met je personenauto er doorheen rijdt? Een € 10,00 biljet!! Omdat wij dus een camper hebben met een zwaarder gewicht als 3500 kg en een drie-asser betalen we zoveel. Dure hobby dat Oostenrijk! Een tegenvaller dus.
Bijgekomen van de schrik gaan we dus weer op pad en krijgen we meteen te maken met een wegomlegging en moeten we de Arlberg-pass nemen in plaats van de tunnel. Nou….dit was met ons oude bessie op 6 wielen en 110 PK geen feest kan ik jullie zeggen. De Lambortinki had het er druk mee en moest de gehele weg naar boven op de berg in zijn eerste versnelling rijden, met nogal wat toeren en zwarte rook uit de uitlaat. Ik had weinig vrienden achter mij rijden deze trip. Op een bepaald moment werden er steeds meer auto’s beperkt door ons campertje, dus ik dacht ik stop even op een passeerhaven om al die auto’s voorbij te laten. Heer en dame zoals wij zijn…
Had ik het maar niet gedaan, want de Lambortinki kon niet meer weg komen van zijn plek en veel rook, heel veel rook. Ik dacht dat de koppakking eruit lag of zo (klinkt wel technisch he zo’n technische diagnose…terwijl ik er geen bal verstand van heb!). We kwamen niet weg. Totdat er even geen auto’s meer aankwamen heb ik de camper met veel toeren in zijn eerste versnelling laten wegrijden en na een tijdje kwam ie meer en meer in beweging en kon ik zowaar nog iets versnellen. Toen na een paar bochten uiteindelijk de afdaling begon, ging het weer vanouds. Alleen hadden we het gevoel dat we de omleidingsborden hadden gemist. Toch maar gewoon deze pas blijven volgen en we zien wel! Uiteindelijk kwamen we weer op de oorspronkelijk weg uit en konden we in tempo door. Het voordeel van deze pas was wel dat ie werkelijk prachtig was om te zien. Wat een vergezichten met bergen en dorpjes en zelfs nog gletsjers gezien op een paar bergen.
Doorrijden tot Lindau duurde even wat langer dan vooraf was gepland, dus we waren al wat chagrijnig geworden aangezien we dit soort lange reisdagen niet echt als vakantie zien. Graag zijn we omstreeks 14 uur op een camping of plaats om dan in alle rust het dorpje of omgeving nog te kunnen bekijken. Dit gaat vandaag niet lukken. Toen we uiteindelijk in Lindau waren aangekomen, hadden we een camping gevonden die direct aan de Bodensee lag. Daar aangekomen bleek hij volgeboekt te zijn. Campers verdrongen zich om die camping, maar we moesten dus verder zoeken om plek te vinden. Ook de camperplaatsen waren tjokvol overal. Doorgereden naar een volgend dorp en daar op een vakantie-resort (lees: erg massaal!) te gaan staan voor een nacht. Ook hier breekt het slechte weer morgen door. Allebei zijn we gaar en bloedchagrijnig, dus we gaan maar even niet met elkaar in gesprek en geven elkaar even de tijd om bij te komen. Als Miriam dan om 16.30 uur onze lunch maakt, ziet het er niet naar uit dat we ’s avonds nog gaan eten. Wel nog even een biertje gepakt bij de Stube en toen weer terug naar ons huisje om de avond hopelijk nog gezellig af te sluiten. Morgen hopelijk een betere dag!
We hebben besloten dat we sowieso maar tot uiterlijk 14.00 uur gaan rijden en dat het niet uitmaakt hoe ver we dan zijn. Gewoon stoppen na 4 a 5 uurtjes rijden. Veel relaxter!! Gaan we doen dus! Morgen zakken we verder af vanuit zuiden naar het noorden, richting ons stenen huis.